Vier minuten vragenvuur vóór de eerste test met de Ducati Hypermotard 698 Mono
Ducati verrast met een gloednieuwe Hypermotard, de 698 Mono. Gericht op een jonger publiek, een instapmodel volgens de Bolognezen, maar daar had onze testrijder in kwestie zo’n beetje zijn twijfels bij… Op de rij-indrukken zelf geldt voorlopig een embargo, dus vragen we onze man de pieren uit de neus over alle andere info die hij wel al mag delen.
Motornieuws: Eerst en vooral: een Mono. Dat zijn we niet gewend van Ducati.
Pieter Ryckaert: “In zeker zin wel, als je even teruggaat in de tijd. Tussen het produceren van transitorradio’s en de L2-twins waarmee ze wereldfaam verworven, maakte Ducati in de jaren ’50 en ’60 briljante éénpitters. En in de vroege jaren ’90 was er ook de Supermono. En de nieuwe Hypermotard Mono volgt een beetje die Supermon-insteek.”
MN: Verklaar je nader…
Pieter: Wel, de Supermono was een superbike-blok van de 888 superbike waar ze de staande cilinder vanaf hadden gehaald. Het blok behield zelfs de drijfstang van die staande cilinder als balansas. De nieuwe Hypermono, als we ‘m even zo mogen noemen, is een Panigale 1399-blok waarvan ze één cilinder hebben geamputeerd. Maar dan zonder de drijfstang te behouden.
MN: De cijfers zijn indrukwekkend, toch?
Pieter: “Absoluut. De zuiger heeft met een doorsnede van 116 mm de omtrek van een uit de kluiten gewassen asbak en draait maar liefst 10.250 toeren. Goed voor 77,5 pk in standaardtrim, maar met de Termignoni-uitlaat en andere luchtfilter perst de Hypermotard Mono er 85 pk uit.”
MN: Is dat nog wel gezond?
Pieter: “Wel, ik berekende dat de gemiddelde zuigersnelheid bij 10.250 toeren 21,32 meter per seconde bedraagt. Dat is erg veel. Ik herinner me de tijd dat 20 m/s zo’n beetje de limiet was van wat technisch mogelijk was. Dat was de tijd dat de Ducati-superbikes elke training een nieuw blok nodig hadden. Niettemin claimt Ducati service-intervallen van 15.000 km en kleppen stellen om de 30.000 km. Daaruit spreekt vertrouwen in de techniek.”
MN: Ducati wil een jonger publiek aanspreken met de Hypermotard Mono. Maar is dit wel spek naar beginners-bek?
Pieter: “Goeie vraag. Ik rij er morgen mee en zal het dan weten zeggen. Ducati heeft in elk geval indrukwekkende elektronica op het apparaat zitten waarmee je als beginner kan leren driften een bocht insturen of gecontroleerd wheeliën, kwestie van de supermoto-kneepjes al doende te leren. En of de prijs van 12.790 euro voor de standaardversie en 13.790 euro voor de RVE met up/down-quickshifter behapbaar is, moet die beginner dan zelf maar uitmaken. Er is ook een 35 kw A2-versie beschikbaar, trouwens.”
MN: Kleine helm heb je daar, valt ons op…
Pieter: “Yep. Aangezien m’n bagage in Geneve is achtergebleven en we op een kartbaan in Valencia rijden moet ik nog even een uitrusting scoren. Die helm is een begin…”
MN: Succes!
Pieter: “U weze bedankt.”